Beroep op duurzaam eigen gebruik door verhuurder bedrijfsruimte wegens renovatie
De huurovereenkomst van een 290-bedrijfsruimte kan door de verhuurder worden opgezegd wegens duurzaam eigen gebruik. Op grond van art. 7:296 lid 1 sub b BW wordt daaronder ook renovatie van de bedrijfsruimte verstaan. Voor de opzegging wegens duurzaam eigen gebruik moet wel nodig zijn dat de renovatie onmogelijk is als de huurovereenkomst in stand blijft. De vraag is vaak wanneer aan die voorwaarde is voldaan. Is de renovatie echt alleen mogelijk bij beëindiging van de huurovereenkomst van de bedrijfsruimte? Of is niet aan dat vereiste voldaan als de huurder na de renovatie gewoon terug kan keren naar het gehuurde?