Toerekening van giften bij berekening van legitieme portie: formele, of materiële schenkingsleer?
Een incidenteel cassatieberoep waarin de vraag aan de orde wordt gesteld of bij de toerekening van giften in de berekening van de legitieme portie uitgegaan moet worden van de formele schenkingsleer of van de materiële schenkingsleer.
De A-G concludeert dat de formele schenkingsleer in casu van toepassing is - omdat de wetgever daar uitdrukkelijk voor heeft gekozen.
Volgens de formele schenkingsleer dient gekeken te worden naar wie de schenking formeel heeft gedaan (wie staat er als schenker op de schenkingsakte genoemd). Volgens de materiële schenkingsleer dient er echter gekeken te worden naar wie er door de schenking is verarmd. Dit laatste speelt vooral een rol als echtgenoten in gemeenschap van goederen zijn gehuwd en de schenking formeel door één van de echtgenoten wordt gedaan vanuit de gemeenschap van goederen. Alsdan verarmt ook de andere echtgenoot.