Partijberaad niet benut: geen recht op mondelinge behandeling
De Hoge Raad bevestigt dat een partij door het ongebruikt laten verstrijken van de termijn voor ‘beraad partijen’ (art. 2.25 Lpr), het recht verliest een mondelinge behandeling of het nemen van een akte te verzoeken. In dat geval mag de rechter een later verzoek om mondelinge behandeling op die enkele grond afwijzen. In dat geval geldt dus niet de regel dat zo’n verzoek slechts in zeer uitzonderlijke omstandigheden mag worden afgewezen. (Bron: Houthoff.com)