Inhoudsindicatie | In het kader van een herbeoordeling heeft de arbeidsdeskundige appellant bij brief van 03-12-2008 meegedeeld dat hij per 03-12-2008 voor 80 tot 100% als arbeidsongeschikt aangemerkt werd. Enkele dagen later werd appellant telefonisch meegedeeld dat deze brief inhoudelijk onjuist was. Bij besluit van 17-12-2008 heeft het Uwv de WAO-uitkering van appellant ongewijzigd vastgesteld naar een mate van arbeidsongeschiktheid van 35 tot 45%. Het Uwv heeft aldus niet in strijd met het vertrouwensbeginsel gehandeld. Er is geen sprake van een onvoorwaardelijke toezegging, omdat in de brief uitdrukkelijk is vermeld dat er nog een (voor bezwaar vatbaar) besluit wordt genomen. Voorts heeft de arbeidsdeskundige zijn vergissing telefonisch na enkele dagen hersteld en was er geen definitief besluit omtrent de verhoging van de WAO-uitkering genomen. Ook is er feitelijk niet op basis van de te hoge arbeidsongeschiktheidsklasse betaald. Het beroep van appellant op het vertrouwensbeginsel is dan ook terecht door de Rb. verworpen. |